Ooit deden Anne Mirjam en ik een cursus scenario schrijven. Een van de regels die we daar leerden was: When in doubt, increase the difficulty. Als in je film de heldin bijvoorbeeld plotseling naar Costa Rica wil afreizen, kan het publiek denken: Waarom wil ze dat in ’s hemelsnaam? Wat zoekt ze daar? En niet meer meeleven. Wat je dan doet als schrijver is: je maakt het naar Costa Rica gaan heel moeilijk, werpt allerlei obstakels voor de heldin op, zodat iedereen gaat hopen: O, als het haar maar lukt! Als ze maar in Costa Rica komt!
Daar moest ik vandaag erg aan denken.
‘Je hebt je paspoort toch wel?’ vraagt Tom vanochtend als ik bezig ben mijn kleurpotloden uit te zoeken. De blauwe mag wel mee, de twee roze ook, de groene niet. Alweer inpakken voor drie, vier maanden. Een koffer geleend, een koffer gekocht en heel Molly ligt bezaaid met tandenborstels, kleren en speelgoed.
Natuurlijk heb ik mijn paspoort. Creditcards, tickets, telefoonnummers, alles heb ik. We zijn bijna klaar met al het geregel. Morgen gaat Molly de stalling in. Arme Molly… Zaterdag en zondag slapen we bij vrienden in Denver. Maandag vliegen we.
‘Heb je het mijne daar ook?’
‘Nee, alleen het mijne en dat van Jonas. Het jouwe is toch..?’
‘Ja, het zit altijd in mijn tas,’ zegt Tom. ‘Maar daar is het niet. Heb je het echt niet?’
Nee, echt niet. Het zit waarschijnlijk in de Jonas-tas. Of het ligt ergens in de auto. Tom zoekt, maar hij vindt het niet. Dat gebeurt eigenlijk tamelijk vaak. En dan ga ik zoeken en ik vind altijd alles. Meestal op de eerste plek waar hij keek, maar niet goed. Dus ik laat mijn kleurpotloden alleen en help even zoeken. Maar ik vind het ook niet. Niet in de tas, niet in de Jonas-tas, niet in de auto. Ik kijk op alle andere waarschijnlijke plekken. Dan op de minder waarschijnlijke plekken en tenslotte overal, nog steeds in de hoop het zomaar te vinden, want het verloren fototoestel vonden we ook na een week terug in het gootsteenkastje.
Maar het paspoort vinden we niet. Nergens.
Ik word bang. Tom wordt boos. We laten Jonas achter bij Nijntje en gooien echt alles overhoop. Kijken nog dertig keer in elk vakje van de tas, want daar MOET het toch in zitten… Halen alles uit de auto. Halen de boekenkast leeg. De ijskast. De voorraadkast. Proberen te bedenken waar hij voor het laatst… en daarvoor… of misschien… Maar we vinden het niet.
Tom belt Debbie van het reisburo. Daar hebben we het toch voor het laatst gehad? Debbie is er niet. Hij belt het Canadese consulaat, maar krijgt alleen een stem op een bandje. Een nieuw paspoort aanvragen kost vijf weken, zegt de stem. Maandag gaat het vliegtuig. Donderdag moet ik Amerika uit zijn. De vlucht is betaald, de taxi, het hotel voor een week… Ik zit met Jonas op schoot te bedenken wat we kunnen doen. Maar ik kan alleen maar denken dat de reis afgelopen is, dat alle plannen niet doorgaan… En dat ik zo vreselijk graag naar Costa Rica wil..
Jonas wil niet gaan slapen, hij voelt onze onrust. Buiten haalt Tom nóg een keer de auto overhoop. Hou maar op, denk ik. Het is er niet. Het is gestolen, of Jonas heeft het uit je tas gehaald en uit de auto gegooid ergens… Ik moet mijn vader bellen, zeggen dat hij zijn vlucht moet cancelen, want hij komt ons opzoeken, met kerstmis. Wat moeten we doen? Terug naar huis? Weer drie maanden bij aunt Edith? Ik wil niet.
Jonas valt gelukkig in slaap en Tom en ik zitten erg treurig aan tafel. Er is niet zoveel te zeggen.
Debbie belt terug. Ze leeft erg mee. Maar ze kan helemaal niks doen, een paspoort heeft ze niet, echt niet niet gevonden en de vlucht kan niet meer gecanceld en o, ze vindt het zó erg voor ons…
‘Ja ja,’ zeg ik en ik luister met een koud hart naar haar verhaal over haar husband die ooit zijn mobieltje verloor en het pas terug vond toen hij met een zaklamp de hele auto doorzocht en daar lag ‘ie, onder een stoel, ja dat kan maar zo en ze wou dat ze iets kon doen, maar ze kan alleen maar verzinnen dat we met een zaklamp de auto nog eens doorzoeken…
Tom gaat het maar proberen. Ik zit binnen in de complete puinhoop die Molly nu is. We hebben al vier keer in de auto gekeken, denk ik. Daar is het echt niet..
Maar daar is het wel. Een zwart paspoort in een zwart mapje onder een zwarte stoel.
Maandag vliegen we!
Lieve Annet,
Zo werd het scenario ongewild toch wel erg spannend. Wat een geluk dat jullie het paspoort toch vonden.
Ik wens jullie een heel fijne reis en een goede tijd in Costa Rica, zonder ingewikkelde toestanden. Dick heeft al geboekt. Hij verheugt zich enorm om jullie te zien.
Heel veel liefs en een extra knuffel voor Jonas van Tonny
Look out! Spam alert! Love, Renze