We zijn weer in Molly!
Met veel te veel spullen en een veel grotere Jonas dan toen we vertrokken, lijkt het er een stuk voller. Of zou dat komen van alle ruime luchtige huizen waar we de afgelopen maanden hebben gewoond?
Droog en koud is het hier in Colorado. Zodra we het land in kwamen vielen alle mooie krullen uit Jonas’ haar. En als ik hier naar buiten kijk, uit mijn eigen raam bij mijn eigen burootje, zijn de bomen kaal en is de lucht wijd. Ganzen scharrelen in het droge gras. Er zijn bergen in de verte, met sneeuw er op. Waar is de groene jungle? Waar is de zee?
Het duurt een stuk langer dan we hadden gehoopt, de reis terug naar Molly. Na de rampdag met het visum dat er niet is, kunnen we de volgende dag gelukkig onbezwaard uit San José weg vliegen, dankzij erg aardige balie-meneren die ons nog helpen om van onze zes koffers (dat zijn er drie teveel, wisten we ook al niet…) er vier te maken, met plakband en plastic. Over een visum geen woord, dat lijkt gewoon geregeld. We huppelen blij het vliegtuig in. Jonas is erg lief, opgewonden als we opstijgen en door de wolken heengaan, en valt dan lekker in slaap tussen ons in. En in Houston hoeven we maar anderhalf uur te wachten, dat valt ook al zo mee.
Maar anderhalf uur blijkt bijlange na niet genoeg om door alle custom- en security-molens te gaan… De ene na de andere hal vol boze, gestreste reizigers in Efteling-lange rijen moeten we door. De grenspolitie. De bagage ophalen. De bagage controle. De bagage weer inchecken. Schuifelen, schuifelen. Ademhalen. Jonas nog maar een lolly. Waarom gaat die ander rij veel sneller? We gaan het niet halen! Maar dat kan toch niet, ze moeten je toch voldoende tijd geven?
Nee, dat hoeven Ze blijkbaar niet, want op het moment van aan boord gaan moeten wij nog door de Security, met de allerlangste rij ooit. Ik sta te stuiteren met Jonas op mijn nek.
‘Sir, sir, we’re going to miss our plane!’
‘Step back in line please, madam.’
Niemand kan het schelen. Iedereen is nerveus, boos, wil door. Eindelijk komen we bij de lopende band met de bakken. Schoenen uit, allemaal. Ja, de baby ook. Zakken leeg, computers uit de tas. Tom moet z’n bretels af.
‘Mevrouw, we missen onze vlucht!’
‘Doorlopen alstublieft. Kan die baby nog een keer door de X-ray?’ Alsof we messen in zijn zak hebben verstopt…
Als we er eindelijk door zijn is het een half uur na boarding-tijd. Tom staat te worstelen met tassen en een afzakkende broek. ‘Ik ga rennen, liefje,’ zeg ik. ‘Ik hou het vliegtuig wel tegen!’
Ik ren met Jonas op mijn nek, op blote voeten door Houston Airport. Mijn conditie is in Costa Rica behoorlijk opgeknapt, maar het is erg ver. Ik heb nog nooit een vliegtuig gemist. Wat gebeurt er dan? Moeten we hier overnachten soms? Moeten we WEER een nacht in een hotel waar we helemaal niet willen zijn! Ze zullen toch wel op ons gewacht hebben? Ze kunnen toch niet zomaar zonder ons naar Denver gevlogen zijn?
Maar als we bij gate 43 aankomen is het vliegtuig onherroepelijk weg.
Nu blijkt een vliegtuig missen ook weer niet zo erg te zijn. Dat wist ik niet. Je neemt gewoon het volgende, net als een trein. En er gaat er nog een vandaag, over zo’n tweeenhalf uur. Wachten, wachten, nog een broodje, nog maar een lolly, nog drieendertig keren met Jonas op de loopband en weer terug, en dan m0gen we instappen.
‘We gaan weer naar de wolken, Jonas!’ Jonas is een engeltje vandaag, maar hij is het langzamerhand ook een beetje zat. En in het vliegtuig blijkt dat onze plaatsen niet naast elkaar zijn, maar verspreid over verschillende rijen. Dat kan natuurlijk niet. We schuifelen de rijen langs met een huilende Jonas. ‘Mogen we alstublieft met u ruilen?’ Gelukkig zijn de meeste mensen aardig en zitten we uiteindelijk met elkaar op een rijtje.
In Denver zijn we allemaal moe, maar we vinden onze koffers, vinden een taxi en rijden door de nacht naar het huis van Barb en Emma. Daar zetten we het inbraak alarm in werking en worden we bijna door de security opgepakt, maar gelukkig vindt Barb haar bril en herkent Tom. ‘No no, he’s a friend, it’s all OK!’ Ze hadden niet gedacht dat we het nog zouden halen vandaag. Maar er is nog soep, er zijn nog broodjes en het bed is opgemaakt. We vallen als blokken in slaap.
De volgende dag ben ik nog steeds heel moe. Jonas ook. Het is zo fijn om een beetje te hangen in een huis vol vrouwen. Er zijn allemaal pakjes voor ons en Jonas heeft nieuwe kadootjes om mee te spelen. Maar Tom staat te springen, hij wil zo snel mogelijk Molly uit de stalling halen en op haar plek zetten en zorgen dat we weer in haar kunnen wonen.
‘Moet dat echt vandaag al, liefje?’ zeg ik. Ik wil veel liever nog even in een stoel zitten en die hele stapel O-magazines lezen…
We spreken af dat Tom naar Molly gaat en Jonas en ik nog even lekker hier blijven.
En maar goed ook. Tom belt ’s avonds op: Molly’s verwarming doet het niet. De ijskast gaat ook al niet aan. En we hebben een hele voorraad blikjes cola en flessen water in de kastjes laten staan, die allemaal in de winter ontploft zijn. Kleverige plassen frisdrank en scherven overal. Geen plek voor Jonas.
Het kost Tom uiteindelijk twee dagen om alles schoon te maken en weer in werking te zetten. Jonas en ik wennen ondertussen vast een beetje aan straten, huizen en kale bomen. En alles is zo netjes hier! Zo geregeld, zo keurig en zo druk! Aan de andere kant zijn er ook schommels en glijbanen zonder roest, keukens zonder mieren en dertig smaken ijs. Dat helpt. En maandagavond trekken we weer in ons oude huisje.
Molly is klein, maar gezellig en warm. Langzaam wennen we aan hoe het hier ook al weer was. Hier alle kleren. Daar de kopjes. Zo ging het met water. Onze eigen bedden.
Hier wonen we voorlopig weer!
We want pictures! I once missed a plane, it was awful and traumatizing, had to stay all night in London , couldn’t pay for another ticket because my giromaat-limit had exceeded. Had to phone my wife to order an online ticket to Holland. Since then I stay at home. Love, Renze
Voor ons lezers is het helemaal niet erg als er van alles misgaat op jullie reis; dan schrijf je er nl veel over, en leuk!
Maar natuurlijk vind ik het ook heel fijn voor jullie dat jullie weer genesteld zijn in oude vertrouwde Molly. Het volgende deel van dit grote avontuur kan beginnen!
Liefs, Paul