Ik zoek beneden de was uit terwijl Tom en Jonas boven een filmpje kijken. Opeens verschrikkelijk gehuil en boze stemmen. Soms hebben ze ruzie die twee en dan moet ik ze even laten. Maar het gaat niet over dit keer. Ik ga naar boven.
Can I do something?
Ik weet niet wat er aan de hand is, zegt Tom. Ik begrijp er niks van.
Het eendje mama, het eendje! Huilt Jonas.
Wat voor eendje lieverd?
De krokodil mama, het eendje hap! Dat doet pijn!
Een krokodil? Wat voor…?
En ik begrijp het. Oeps. In de film Madagascar, die mijn neefje Pieter en ik altijd zo leuk vonden, zit tussen al het leuke en lieve tekenfilmgehuppel inderdaad een scène waarin een lief donzig eendje in een hap verslonden wordt door een grote krokodil. Veel te erg voor een kinderzieltje.
O het spijt me Jonas. Dat is ook helemaal niet leuk.
Het eendje, het eendje, huilt Jonas.
Dat mag die krokodil ook helemaal niet doen, hè.
Nee dat mag niet! Dat doet pijn!
We moeten die film maar niet meer zien hè schat. We gaan wel even..
Jawel, wel zien mama. Mama jij was de moedereend. En ik was het babyeendje.
O, dat is goed. Kom maar hier eendje van me. En ik jaag de krokodil wel weg. Zo, nu ben je veilig.
Arm eendje, arm eendje, hap mama! Dat doet pijn! Ik was het baby eendje mama en jij was…
Kom Jonas, we gaan wel even iets anders doen, tekenen of zo.
Nee, nee, Jonas wil weer die film zien. En ook van het eendje. En huilt dan weer heel hard. En nog een keer. En huilt. En kruipt op schoot. En speelt eendje. En nog eens.
Tom begrijpt er niets van. Als het naar is dan kijk je toch niet, Jonas? Maar ik snap het wel. Toen ik klein was wilde ik altijd het plaatje horen van ‘Arme ouwe bison, waar is je mooie vacht’ en dan huilde ik. En draaide het nog een keer. En huilde weer. En nog eens. En ik had ook een moeder die het snapte en die me liet.
Soms is Jonas zo mijn zoon…