Naar huis

Naar huis

Het lijkt even over te zijn met de regen. Blauwe luchten, glinsterende zon. De aarde wasemt haar water uit. Overal zijn vlinders en zoemende insecten. Bladeren en bloemen ontvouwen zich in alle mogelijke groenen, oranjes  en rosen. Exotische bloemen die we voor veel geld voor Tantraweken kochten staan hier gewoon maar langs de weg. De zee strekt zich blauw uit onder een blauwe lucht.

En nu wil ik naar huis.

Niet echt, roep ik maar de hele tijd, niet echt. Ik wil natuurlijk bij Tom en Jonas blijven en ook onze reis graag afmaken. Ja en het avontuur enzo en Lynn en haar moeder Gladys zijn op bezoek uit Ottawa, en volgende week komen er nog twee vrienden… En we hebben een goeie babysit gevonden, Jonas wil nog niet echt met haar alleen zijn, maar ze helpt heel goed met allerlei dingen, kookt zelfs soms voor ons. We vinden steeds meer ons dagritme met werk in de ochtend en strand in de middag. Beetje wandelen, beetje boodschappen…

En ik wil naar huis.

Ik wen er aan om hier te werken, met papier dat altijd eerst moet drogen op de lamp, met een schroeivlek in het midden als ik niet oppas. Met allerlei dingen die ik hier niet heb (toen ik mijn spullen inpakte hadden we net de meest stressvolle ochtend achter de rug, waar Tom dacht dat ie zijn paspoort verloren had. Ik ben van alles vergeten mee te nemen…) en die je hier niet kunt kopen. Met Jonas die mijn gummen opeet (ik heb er nog eentje),  beschimmelde verf, mieren in de computer, de kakkerlak in mijn etui (doorzichtig, dus ik kon hem zien zitten voor ik het openmaakte) en het krakkemikkige internet hier, waar ik altijd van thuiskom onder de vlooienbeten van de honden onder de tafel.

Ik wen een beetje aan de herrie, want met de warmte komen ook de grasmaaiers en takkenknippers, de bouwputten vol machines en muziek… Het is nog steeds ook een avontuur om hier te zijn, obstakels en al.

Maar ik wil geloof ik even geen avontuur. Ik wil ook niet echt naar huis (daar zit Leoni), ik wil even een weekje terug naar mijn oude leven, naar hele dagen alleen zijn met de regen tegen het raam, naar eindeloos lezen of filmpjes kijken, dagboek schrijven, eten als ik zin heb. Naar even geen moeder zijn en naar niks onbekends. Vleutense Weg, Albert Heyn en weer naar huis. Naar rust en naar alleen.

Ik zie mezelf al zitten bij de kachel. Schrijvend in mijn dagboek. ‘O, ik mis Tom en Jonas zo,’ schrijf ik dan vast. ‘O, was ik maar in Costa Rica…’

Want zo ben ik ook wel weer.


The Way Of The Sloth

15 januari, 2011

The Way Of The Sloth

Dick, Annet’s father and Jonas’ grandfather, remarked that one of the most underrated arts was the Art of Laziness. Our friend the sloth is showing us the way. This benign creature appears to look at the world with a rather unflappable benevolence. We saw one sound asleep on a tree limb overhanging the main road, trucks passing underneath, missing her by a few feet. She survives on fruits and needs very little to satiate her between the frequent naps.

Laziness is a sin, particularly abhorred in our busy Western minds. This creature teaches us to take things serenely (tranquila), to enjoy the rain, the sun, ‘Om te roeien met de riemen die we hebben’ to row with the peddles we’ve got.

Hopefully opa brought some of this teaching back to the old country, where it seems like sometimes people are at a loss when they are not very busy doing something. If this is a sin, then I may quote here Marten Luther, who said: ‘Sin bravely”.


Pura Vida

Pura Vida

Pura Vida is a greeting commonly used in Costa Rica, which literary means ‘pure life’. There is little here in the way of infrastructure, the main road from Puerto Viejo to Manzanillo is rutted to such an extent that the drivers treat it as an obstacle course. There are often pedestrians, bicyclists, cars, trucks and even horses vying for the right of way between the potholes. Our taxi driver, Jose, masks the run between Puerto Viejo and Playa Chiquita 1600 time a year, year in year out. He has never seen anything bigger then a four lane highway, but on this stretch of road he is an expert.

Power failures are common, internet spotty, and we have had to plan our days around the breaks that occur in the mere constant rain. When the sun comes through, though, there is a lushness and vitality in the air that seeps into ones very pores with a renewing sense of ‘Pura Vida’.

The closest electronic store in Bri Bri that is miles away, and sometimes the simplest things can be hard to find. (good pens and lightbulbs). There are no Walmarts, Home Depots or McDonalds. There are however surfers, bodyworkers, yoga instructors, artists, organic cookeries and juiceries and fruits falling from the trees.

Our babysitter, Chantalle, told the story of a family of Americans who were eating at her mothers restaurant. While she was in the kitchen there came a bloodcurdling scream from their table.  When she went out to inspect what horrible calamity had befallen these innocents, she found the daughters and the mother huddled together pointing fearfully in the direction of where their father was sitting at the tale, laughing. An tiny iguana had shown itself and created this disturbance amongst the squeamish greenhorns. The household lizard is a fixture in most homes and restaurants and is helpful in keeping the bug population down. Chantalle, as well as the husband found the newbie’s reaction a little over the top. One may surmise that these gentile folk were not about to linger much more in these parts.

So far in our household we have had visitations by such creatures as: a toad on the stairs, big bats in our bedroom, an angry crab on our living room floor, streams of fire ants, a threatening invasion of leaf cutter-ants, cockroaches the size of your thumb and a beautiful iridescent green grasshopper, that is a sign of good luck. Outside a pack of dogs, who are our protectors swell as our great annoyance, an adopted cat, Tao, howler monkeys that sound like a backed up- garbage disposal system and the benevolent sloth (more on the sloth later). My once squeamish wife, who I may have found huddling with those timid souls and squealing in dismay, recently found a respectable size cockroach in her pencil case and was admirably blase about the experience.

Pura Vida indeed.


Gastblog van Dick

5 januari, 2011

Gastblog van Dick

Papa in Costa Rica. . . Opa in Costa Rica . . Tourist in  . . CR!!

Als je na zo’n lange reis hier eindelijk bent aangekomen dan valt zo’n vreemd land boven op je. Komend uit een ijskoud Holland is 28 graden wel even iets.

Reizend via de modernste technieken ( vliegtuigen, luchthavens, douanechecs enz.) is een land, dat zo dicht bij de natuur is ( regenwouden langs de autoweg, kolkende bruine riveren enz.) : heavy!

Het duurde dus wel even voordat ik tot mijzelf kwam. Goed en dan ga je je omgeving bekijken, een beetje de toerist uithangen. Nou, ik woon hier in een kleine plaats aan de Caraibische kust met veel strand en enorme golven, maar vooral met een soort latina/hippie cultuur. Je kijkt je ogen uit. Ik heb na enkele dagen besloten om hier maar te blijven en niet ook nog eens naar een andere kust (Pacific) te gaan. ik moet eerst dit dorpje maar eens ‘ lezen ‘ als een boek, bladzij voor bladzij. Alleen alle kleuren al waarmee ze die krotjes hier hebben opgeverfd.

Onderwijl ben ik hier bij mijn kinderen. Ik woon in een huisje op ongeveer 5 kilometer bij hen vandaan. Ik ga dus bij hen op bezoek. Dat is leuk en gezellig ( een Hollands woord dat Tom zo leuk kan uitspreken). Maar na enkele dagen neem ik echt deel aan hun gezinnetje. Annet werkt ’s morgens, Tom ruimt de boel op of gaat even zwemmen. Strand hier 10 minuutjes van hun huis. Jonas schuifelt door het huis en de grote tuin. We eten wat, we praten wat. Voor mij is dit een onbekende ervaring, die mij zeer bevalt. Het is heel fijn om langere tijd bij je kinderen te zijn. Wat iets anders is dan bij ze op bezoek te zijn!

Ik leer Tom nu veel beter kennen. Ja daar moet je dan duizenden kilometers voor reizen . .Zo gaat dat. En hij bevalt mij zeer.

Annet leeft heel erg mee, vooral toen ik hier mijn rug bezeerde. Het ontroert me.

We gaan samen zwemmen, op tour de jungle in en de zee op.

En dan word ik hier weer eens echt OPA. Van een klein, levendig jochie met een uitgesproken eigen wil. Jonas is geen aanhankelijk kind. Daar is hij veel te zelfstandig voor. Maar hij is ontzettend lief, levendig, vaardig met zijn lichaam. Een lust voor het oog. En zo nu en dan . .  lacht hij eens naar ‘ opa ‘. En dan smelt ik. Maar hopen dat hij ook nog eens iets gaat zeggen, dat zou de vreugde nog verhogen.

Ik mag nog een week sightseeing beoefenen, nog dichter bij mijn kinderen komen en nog meer opa worden. Hier in Costa Rica. Fijn.

Dick



Papa

2 januari, 2011

Papa

1.

Het is nu even droog. Nou ja, droog-achtig. Het water drupt van de bomen en kolkt in de kleine beekjes en we horen hier altijd de zee, ze is woest en klinkt dichtbij. Het heeft vanaf kerstmis geregend, bijna aan een stuk door. En het ziet er niet naar uit dat het gauw ophoudt..

Mijn vader is er! Helemaal uit Nederland gereisd om met ons kerst en oudjaar te vieren in de tropen. Kerst in de zon! Oud en nieuw op het strand! Maar alle interessante ondernemingen en snorkeltochten en zwemmiddagen en stranduitjes met Jonas die we zouden hebben vallen een voor een in het water. Het is even hollen naar de winkel en dan gauw weer terug hollen en verder alleen maar weer om binnen monopoly te spelen.

Het is jammer. Mijn vader maakt er het beste van en houdt de moed er heel erg in… maar jammer is het toch.  En wat als het nou drie weken lang alleen maar regent? Ik werd vanochtend wakker met het geruis op het dak en een steen in mijn maag.  Moet ik niet iets doen? Iets verzinnen of plannen? Reizen naar de andere kant van Costa Rica waar het misschien wel droog is en daar dan al die leuke dingen doen? Maar hier is ons huis, hier is Jonas en hier moet ik ook werken… Leuke aktiviteten voor als het regent verzinnen? Maar daar ben ik nooit goed in geweest. Geef mij maar een boek. Of laat mij maar lekker tekenen..  Ik merk dat ik me schuldig voel. Maar ik kan het toch ook niet helpen dat het regent?

2.

Vandaag begint met mooi weer en we maken een echt uitje, mijn vader en ik. ’s Ochtends gaan we met een gids de jungle in en ’s middags met een bootje op zee, om dolfijnen te kijken. Als we op weg gaan schijnt de zon zelfs. De jungle heb ik al wel gezien, maar nog niet met een gids. Nu komen de apen, dacht ik. En de panters en de reuzehagedissen.. Maar we sjokken in een klein groepje achter een rastajongen aan, die vooral veel weet te vertellen over mieren en grassen. En de luiaard die we zien is lang niet zo groot en dichtbij als die in onze eigen tuin. Ben ik een beetje blasé geworden met al die natuur hier? O, alweer een kolibri. O ja, nog een toekan.. Maar leuk is het toch ook wel. Vreemde sprinkhanen zien we, bijzondere blaadjes, de wonderen van de mierenwereld. De jungle is een groot modderbad na al die regen, dus we waden door plassen en glibberen op en van heuveltjes. Dick is een beetje wiebelig en heeft last van zijn been. De gidsjongen kapt een wandelstok voor hem en dat helpt. Maar voor het eerst in mijn leven ben ik beter ter been en beter in conditie dan mijn vader. Ik heb zoveel wandel- en bergtochten met hem gemaakt, waar hij altijd degene was met de uitgestoken hand als het moeilijker begaanbaar was.. en nu ben ik dat. Dat raakt me. Het is fijn, maar ook droevig. De dingen veranderen altijd maar door..

3.

Als we weer uit de jungle komen, moe en bemodderd, begint het weer te regenen. Moeten we nou nog wel met dat bootje de zee op? Misschien is het allemaal toch wat veel, en we hebben nog niet betaald tenslotte, dus misschien kunnen we ook wel gewoon wel lekker naar huis, verzinnen we. Maar dat gaat zomaar niet. Omar, de kapitein van de boot, heeft al drie uur staan wachten tot we de jungle uitkwamen. Hij wil zijn geld en hij wil ook de zee wel eens op. Jamaar het regent zo, zeggen we. Die dolfijnen zitten toch ook binnen met dit weer. We weten niet of we nog wel willen. Maar gaan of niet, betalen moeten we sowieso. En misschien kunnen we even wat gaan drinken bij de Soda en wordt het weer droog? We zijn toch ook niet van suiker, zegt Omar. Afspraak is afspraak.

Deze discussie wordt gevoerd onder het gedender van Bob Marley op maximaal volume. Zo gaat dat hier in cafeetjes, en ook in Supermarkten. Zo lokken ze klanten, vertelde onze taxichauffeur José, en het is gezellig. En als aan de overkant de muziek nog harder staat is het daar nog gezelliger.

Het valt dus helemaal niet mee om veel tegenwerpingen te maken en inderdaad gaat het na de koffie een beetje minder hard regenen, en we willen toch ook wel graag die dolfijnen zien, dus we moeten het toch maar doen. We lopen naar het strand, samen met Isabel, een lief Zwitsers backpack-meisje dat ook mee gaat.

‘Maar jullie hebben wel een beetje lang gewacht,’ zegt Omar. ‘Nu is het tij lager en is het veel moeilijker de boot in zee te krijgen.’ Inderdaad: met man en macht en allerlei ingeroepen badgasten proberen we de boot over de hobbel koraalrif de zee in te duwen. Met elke golf gaat ze een beetje verder maar we hebben het eigenlijk al een beetje gehad als het scheepje eindelijk vlot gaat. Het is intussen ook weer gaan regenen.

Maar daar gaan we dan toch. ‘Goed vasthouden!’ roept Omar en hij stuurt ons de branding in. Hemeltjelief. We knotsen op de golven en we klappen weer op het water. Het schuim spat ons om de oren en we moeten ons inderdaad heel goed vasthouden om niet van boord te glijden. Woepla, nog een golf en nog een en nog een veel hogere… Ik probeer mee te bewegen met de boot, als ooit achterop de Harley bij Tom. Ik hou wel van dat soort ritjes, als  er niks misgaat, tenminste. Maar tussen een hele hoge golf en een volgende zit een diep gat en de boot smakt op het water en Dick klapt op de bank. Niet goed. Hij wordt wit en kan even niet ademen. Het doet ook echt pijn, dat kan ik wel zien.

‘Everybody OK?’ schreeuwt Omar boven de wind uit.

‘No! roep ik. ‘My father is not OK! Defenitely not OK!’

Schuim,wind, regen, golven. ‘Moeten we terug, pap?’

‘Ik weet het niet. Maar even zien.  O, maar het doet wel echt pijn.’

Gelukkig zijn we over de branding nu. Het varen wordt wat rustiger. Maar nu gaat het harder regenen het wordt kouder ook. Na een paar minuten zijn we allemaal volkomen doorweekt.

‘How’s your dad? He OK?’

‘Hoe gaat het met je pap? Moeten we echt niet omkeren?’

‘Het gaat wel, het gaat wel. Nog wel even.’

‘OK? He OK? Good!’

Maar na nog tien minuten houdt ook de kapitein het voor gezien. ‘So sorry. No dolphins today.. So sorry. We go back.’

Op de terugweg lijken de golven wel nog hoger. Ik hou mijn hand op mijn vaders onderrug. Het Zwitserse meisje voor ons draait zich om. Ze ziet erg bleek.

‘Are you afraid?’ vraagt ze witjes.

Nee, nee. Daar had ik nog niet zo bij stilgestaan. ‘May be I should be?’

Hele hoge golven rijzen links en rechts van ons op en het bootje is maar zo klein… En opeens wordt land zo een aantrekkelijk iets. Voeten op de grond en zelf lopen en dan een taxi naar huis en o ja een warme douche… O mama, als we maar aan de wal komen..!

Maar Omar is dit kennelijk wel gewend. Hij stuurt ons op de top van een hoge golf en we surfen op haar rug zo naar het strand. Isabel gilt, maar dan zijn we er al. Op het strand moet de boot ook weer terug in de geul en we worden allemaal nog een beetje natter. Maar mijn voeten zijn blij om het zand te voelen. De zee is echt niet om te onderschatten.

‘Hoe is het, papa, heb je pijn?’

Ja, mijn vader heeft zijn rug echt bezeerd.  En hij is opeens ook helemaal somber over de rest van zijn dagen hier. ‘Als ik niet kan lopen…’

4.

Als we de volgende dag bij zijn hotel komen is mijn vader nog echt niet beter. Hij heeft een massage gehad die wel wat hielp, maar de spier is waarschijnlijk ontstoken en hij voelt zich koortsig. De masseuse heeft hem een pijnstiller aangeraden die Tom voor hem gaat halen bij de apotheek. Hij komt terug met de tabletten, en ook met een fles whisky en een zakje marihuana.

‘It’s an old family recipe,’ zegt hij.

Als we ’s avonds met mijn vader gaan eten is het oudejaarsavond. In Puerto Viejo raast de rasta. Open auto’s vol meisjes in bikini rijden toeterend rond. Mijn vader heeft braaf al zijn medicijn ingenomen. ‘Maar van zo’n joint merk ik niks hoor,’ zegt hij.

Misschien niet, maar hij loopt makkelijker, is jolig en giechelig.

Happy newyear!!